Is jouw verlatingsangst of bindingsangst terecht? – Lastig gedrag van je partner

Het is logisch dat je verlatingsangst ervaart als je partner jullie emotionele connectie verwaarloost. En het is ook logisch dat je bindingsangst ervaart als je partner jou een emotionele connectie opdringt.

Lees dat nou nog eens.

Het lijkt zo vanzelfsprekend, maar mijn cliënten zien dit vaak niet meer, als ze bij mij komen om aan hun eigen verlatings- of bindingsangst te werken. Ze focussen hoofdzakelijk op hun eigen aandeel in het geworstel met hun partner(s). Want, zo zeggen ze, ze reageren zo ontzettend gevoelig op terugtrek- of claimgedrag van hun partner. Wellicht is dat veroorzaakt door (licht) traumatische ervaringen in hun jeugd en/of latere nare ervaringen binnen intieme relaties. Ze hebben in elk geval ingezien dat ze buitenproportioneel heftig reageren in zulke situaties, en nemen daardoor de volledige verantwoordelijkheid voor dit patroon. Ze willen hier aan werken.

Heel mooi, en vaak ook noodzakelijk, maar ‘it takes two to tango’. Zo ook in de verlatings- en bindingsangst-dynamiek.

 

Eén van mijn eerste vragen is: “Wat doet je partner waardoor jij in je angst schiet?”

Bij mensen die met verlatingsangst bij mij komen, hoor ik dan zaken als: mijn partner neemt zijn telefoon vrijwel nooit op als ik hem bel, mijn partner reageert meestal pas vele uren later op mijn berichtjes en zegt dat ik me aanstel als ik daar iets van zeg, mijn partner twijfelt steeds over ons en trekt zich dan terug, mijn partner werkt en sport veel, waardoor ik hem nauwelijks zie en daar ben ik vaak verdrietig over, mijn partner zit veel op haar telefoon als we samen tijd doorbrengen, hoe vaak ik ook zeg dat ik dat storend vind, op feestjes ben ik mijn partner al snel kwijt en spreek ik haar pas weer als we naar huis gaan, terwijl ze weet dat ik dat niet leuk vind, mijn partner wil conflicten niet uitpraten, hij loopt dan al snel weg of rolt met zijn ogen als ik iets wil aankaarten, mijn partner vertoont stiekem gedrag met zijn telefoon of met afspraken buiten de deur, ik betrap mijn partner regelmatig op kleine leugens of verzwijgingen, die ze naar eigen zeggen inzet om onnodig conflict te voorkomen..

Ik benoem dat dit allemaal zaken zijn, die van negatieve invloed zijn op de emotionele connectie, en die in de richting van emotionele verwaarlozing kunnen wijzen, als ze veelvuldig voorkomen. Gedrag van de partner dat dus niet oké is.

Van iemand die zich met bindingsangst bij mij meldt – meestal gestuurd door de partner, of uit angst dat geen enkele relatie zal gaan werken – hoor ik bijvoorbeeld: mijn partner eist dat ik haar berichtjes en telefoontjes snel beantwoord en blaast mijn telefoon op als ik dat eens een keer niet doe, mijn partner wil per se samenwonen en zet me onder druk, terwijl ze weet dat ik dat (nog) niet wil, mijn partner is ontzettend aanhankelijk, ook als ik aangeef dat ik daar even geen zin in heb, mijn partner is onzeker over veel zaken en vereist constante geruststelling van mij, mijn partner dreigt telkens bij me weg te gaan als ik niet verander, mijn partner stelt zich afhankelijk van me op en forceert me in haar buurt te blijven of haar te helpen, mijn partner wil vaak over ‘ons’ praten, ook als ik even wil ontspannen na mijn werk, mijn partner wil aan kinderen beginnen en is op eigen houtje gestopt met de pil, terwijl ze weet dat ik daar nog niet aan toe ben, mijn partner uit veelvuldig kritiek op wat ik zeg en doe, zelfs waar anderen bij zijn, mijn scharrelvriendin dringt aan op een relatie, maar ik heb al vaak aangegeven dat ik dat niet wil ..

Hier geef ik aan dat dit gedrag een negatieve invloed op de ervaren persoonlijke autonomie heeft, en in de richting van emotionele mishandeling wijst, als het veelvuldig voorkomt.

 

Volgens de hechtingstheorie, waarmee ik in mijn praktijk werk, zijn dit tekenen van een onveilige hechting. Het eerste soort gedrag zie je bij iemand met een meer vermijdende hechtingsstijl (dismissive avoidant), het tweede bij iemand met een meer angstige hechtingsstijl (anxious preoccupied). Zijn beide gedragingen duidelijk aanwezig, dan spreken we van iemand met een angstig vermijdende stijl (fearful avoidant). Let op: deze stijlen zijn vrij stabiel over partners, maar bevinden zich op een continuüm (en zijn dus niet zwart/wit) én zijn niet in beton gegoten, zeker niet als je actief werkt aan het veiliger maken van je gedrag binnen relaties. Partners met tegengestelde stijlen zullen vaak bij elkaar terecht komen. Dit betekent dat als je overwegend vermijdend gedrag vertoont in je relaties, je ‘goed’ met partners zult klikken die veel werk maken van een emotionele verbinding, oftewel mensen die meer angstig gehecht zijn, anders ontstaat er geen relatie. Andersom, als jij veel angstig gedrag vertoont in je relaties, dan kom je vaak terecht bij een partner die juist veel werk maakt van het beschermen van zijn autonomie, oftewel mensen die meer vermijdend gehecht zijn, anders voelt de ander zich al gauw overweldigd.

 

Ik vraag mijn cliënten in hoeverre dit gedrag is, waar ze oké mee willen en kunnen zijn, verondersteld dat het niet (snel) zal gaan veranderen. Gegeven dat de partner er niet bij is, in dit soort individuele sessies, waar ik het hier over heb. Soms zie ik ze dan verbouwereerd kijken. Dat maakt natuurlijk moedeloos, zo’n opmerking. Want ze zitten hier om dit gedoe óp te lossen. De partner moet stoppen met dat vervelende gedrag. En dat willen ze voor elkaar krijgen door aan zichzelf te werken. Begrijpelijk, maar het is lang niet altijd voldoende.

Maar goed, zoals ik al zei is het belangrijk om naar je eigen aandeel te kijken, dat is namelijk het enige waar je echt invloed op hebt. Veeg dus je eigen straatje schoon. Als je hier consequent aan werkt, dan doorbreekt dit inderdaad vaak de negatieve dynamiek van claimen en afstoten, en zal de partner als vanzelf positief meebewegen*.

 

Mijn vervolgvraag is dus: “Hoe reageer je op dit gedrag? En helpt dat?”

Bij mensen met verlatingsangst hoor ik vaak: ik voel me dan onzeker, angstig, boos. Ik val uit tegen mijn partner, of neem wraak door zelf ook stom te doen. Bij mensen met bindingsangst hoor ik: ik voel me dan benauwd, geïrriteerd, gefrustreerd. Ik geef mijn partner een snauw dat ze op moet houden, of probeer zo snel mogelijk het onderwerp af te kappen of uit de situatie weg te gaan. Beiden geven aan dat die reactie niet helpt, maar nog meer olie op het vuur lijkt te gooien.

 

Dan vraag ik: ” Hoe zou je graag op dit gedrag wíllen reageren?”

Het antwoord is iets als: ik zou me rustiger willen voelen, en op een kalme manier aangeven dat ik dit gedrag niet prettig vind en vragen om wat ik wel graag zou willen. Hopelijk leidt dit dan tot een gesprek, waarbij mijn partner mijn gevoelens en wensen serieus neemt en samen met me naar een oplossing wil zoeken.

 

Daar kunnen ze dan een poosje mee aan de gang gaan, waarbij ik manieren met ze bespreek om in zo’n moment rustiger te blijven en ander gedrag te vertonen.

Haalt het allemaal niets uit (*), en blijft de partner weigeren mee te werken en naar diens eigen negatieve gedrag te kijken, dan is de enige zinnige reactie: jezelf beschermen tegen dit gedrag, door een duidelijke grens te stellen, en afstand te nemen van de partner of bij hem/haar weg te gaan. Het zou goed kunnen dat er sprake is van psychologische (persoonlijkheids)problematiek. Als een partner daar niets aan wil doen, door bijvoorbeeld in therapie te gaan of zichzelf op andere wijze bij te scholen, dan is de kans klein dat een liefdesrelatie een goede kans van slagen heeft. Hoe hard je ook aan je eigen aandeel werkt.

Mijn vraag verandert dan dus in: “nu jouw straatje behoorlijk schoon is, en het gedrag van je partner niet of nauwelijks veranderd is.. wat nu?”.

Soms is een gevoel van moedeloosheid terecht. En het bijbehorende gedrag ook. Opgeven.